SV | Wat ook mij aangaat, het zij verre van mij, dat ik tegen den HEERE zou zondigen, dat ik zou aflaten voor ulieden te bidden; maar ik zal u den goeden en rechten weg leren. |
WLC | גַּ֣ם אָנֹכִ֗י חָלִ֤ילָה לִּי֙ מֵחֲטֹ֣א לַֽיהוָ֔ה מֵחֲדֹ֖ל לְהִתְפַּלֵּ֣ל בַּעַדְכֶ֑ם וְהֹורֵיתִ֣י אֶתְכֶ֔ם בְּדֶ֥רֶךְ הַטֹּובָ֖ה וְהַיְשָׁרָֽה׃ |
Trans. | gam ’ānōḵî ḥālîlâ llî mēḥăṭō’ laJHWH mēḥăḏōl ləhiṯəpallēl ba‘aḏəḵem wəhwōrêṯî ’eṯəḵem bəḏereḵə haṭṭwōḇâ wəhayəšārâ: |
Wat ook mij aangaat, het zij verre van mij, dat ik tegen den HEERE zou zondigen, dat ik zou aflaten voor ulieden te bidden; maar ik zal u den goeden en rechten weg leren.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Wat ook mij aangaat, het zij verre van mij, dat ik tegen den HEERE zou zondigen, dat ik zou aflaten voor ulieden te bidden; maar ik zal u den goeden en rechten weg leren.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!